Beroepscode

In de Beroepscode staan de ethische uitgangspunten voor de beroepsuitoefening van verpleegkundigen en verzorgenden beschreven. Dit biedt een samenhangend geheel van principes en regels over de uitoefening van het beroep als verpleegkundige of verzorgende. De Beroepscode is een leidraad bij het handelen en de verantwoording daarvan.

 

Enkele aspecten waarmee een zorgverlener of zorgvrager mee in aanraking komt tijdens de opnameprocedure zijn:

 

De verpleegkundige/verzorgende kent de grenzen van zijn/haar eigen deskundigheid en beroepsverantwoordelijkheid en verricht alleen handelingen die binnen deze grenzen liggen. (1.5)

Dementie kan het karakter van iemand versterken of verminderen. Of doordat de hersenen minder functioneren kan er probleemgedrag ontstaan. Mensen met dementie weten soms niet meer hoe ze zich moeten gedragen en wordt hun gedrag ongepast of niet gewenst. Een voorbeeld hiervan is impulsief of seksueel gedrag. De zorgverlener blijft hierbij binnen de grenzen van zijn/haar normen en waarden. Met humor kan er een andere draai gegeven worden aan het gedrag. Dit aspect is bij opname.

 

De verpleegkundige/verzorgende streeft naar een goede zorgrelatie met de zorgvrager (of zijn vertegenwoordiger). (2.2)

Als er een positieve relatie is met de zorgvrager kan dit de kwaliteit van leven vergroten. De tevredenheid komt dan terug in hun gedrag. Het is belangrijk dat mensen met dementie vertrouwen krijgen in de zorgverlener en ook niet steeds iemand anders hebben. Een goede zorgrelatie is bijvoorbeeld als zorgvrager en zorgverlener respect naar elkaar tonen en wederzijds vertrouwen. Dit aspect begint al bij de voorbereiding van de opname. Bijvoorbeeld wat voor gevoel de persoon met dementie krijgt bij de opnamegesprekken.

 

Als verpleegkundige/verzorgende zorg ik ervoor dat de zorgvrager (of zijn vertegenwoordiger) de informatie krijgt, die hij nodig heeft. (2.9)

Tenzij de zorgvrager geen informatie is het belangrijk om informatie te geven als zorgverlener. Met goed informeren voorkom je dat iedereen voor zichzelf conclusies trekt en er onderling verschillen ontstaan. Een voorbeeld hiervan is een familiegesprek. Tijdens het gesprek beseft iedereen wat er speelt en zien elkaars reacties. Ook als een persoon met dementie net is opgenomen in een verpleeghuis is informatie geven belangrijk. Voor zowel de persoon met dementie als de familie is het allemaal nieuw. Dit aspect kan voor of tijdens opname zijn.

 

Als verpleegkundige/verzorgende werk ik samen met zorgverleners van andere disciplines. (3.2)

De zorg bestaat uit heel veel verschillende disciplines. De verpleegkundige respecteert de verantwoordelijkheid en deskundigheid van anderen, maar blijft ook kritisch.

Bijvoorbeeld bij het opnameproces in een verpleeghuis is het noodzakelijk dat er goede besluitvorming en leiderschap getoond wordt. Binnen het verpleeghuis zijn er ook veel verschillende disciplines. Bij de overdracht van taken moet erop gelet worden dat andere zorgverleners over de benodigde deskundigheid beschikken, zodat de kwaliteit van zorg gewaarborgd is.

 

(V&VN, 2015)